Groeiring en groei-ing.

Bomen die groeien in een gematigd klimaat, zoals het onze, hebben een wisselende groeisnelheid van de buitenste laag van de stam. In droge of natte jaren en in koude of warme jaren, zullen bomen verschillende diktes van groeiringen afzetten. Hierdoor ontstaan patronen van dikke en dunne ringen. Wanneer er factoren zijn die de groei vertragen (droogte, ziekte, schaduw) dan worden de groeiringen smaller. 

Groeiringen zijn bij een boom zichtbaar maar ook wij mensen ontmoeten factoren die onze groei beïnvloeden. De boom groeit in lastige periode's (langzamer) door. 

Zo kennen wij mensen ook omstandigheden die ook invloed hebben op onze groei, ontwikkeling. Groeiringen gaat ook over groei-ing. Om sterk en steviger te staan.